Overslaan en naar de inhoud gaan

Tips voor een geslaagd project

Oog voor Lekkers heeft heel wat voordelen, dat kon je hier al lezen. Bovendien draagt deelname aan Oog voor Lekkers bij aan een gezond voedings- en tussendoortjesbeleid op school. Een onderdeel van Gezonde School. Maar hoe maak je er op school nu een écht succes van? Met deze tips helpen we je graag op weg en we geven ook nog enkele aandachtspunten mee!

Tip 1: maak er een gezamenlijk smulmoment van

Het uitdelen van de tussendoortjes op school kan uiteraard op verschillende manieren en plaatsen gebeuren. Toch beklemtonen we graag nog even het belang van een gezamenlijk consumptiemoment. Zo blijven de kinderen aandachtig, proeven ze bewuster van het fruit, de groente en/of de melk en gaat het educatieve aspect niet verloren. De gesubsidieerde producten mogen ook niet als onderdeel van het middagmaal worden verdeeld.

 

Tips voor kleuters en leerlingen uit het eerste leerjaar:

  • Deel de stukken (biologisch) fruit/groente of (biologische) bekers/brikjes melk in de klas uit, bv. vlak voor de speeltijd in de voormiddag. Zo kunnen de kinderen rustig aan een tafeltje eten of drinken.
  • Help als leerkracht bij het schillen, pellen en uitlepelen van het fruit of de groente.
  • Schenk de melk uit in (herbruikbare) bekertjes om te veel verpakkingsafval te voorkomen.
  • Voorzie de nodige lepeltjes, bordjes en servetjes om bepaalde fruit- en groentesoorten te kunnen eten.

 

Tip voor oudere kinderen:

Deel het tussendoortje steeds in klasverband uit om er in groep van te genieten. Eens op de speelplaats hebben de kinderen er misschien minder aandacht voor.

Tip 2: koppel er een educatieve activiteit aan

Probeer het (biologische) fruit-, groente- of melkmoment telkens te koppelen aan een activiteit over gezonde voeding met pedagogische meerwaarde. Zo breng je leerlingen op een boeiende en proefondervindelijke manier het belang bij van een gezond voedingspatroon En daar draait Oog voor Lekkers tenslotte om: leren én proeven.

 

Je kan het thema op heel wat manieren integreren in verschillende vakken. Enkele voorbeelden:

  • Rekenen: laat de leerlingen zelf instaan voor de productverdeling in de klas.
  • Taal: overloop de juiste woordenschat om voedingsmiddelen aan te duiden.
  • Laat leerlingen wekelijks info opzoeken over fruit, groenten en/of melk.
  • Buitengewoon onderwijs: oefen het schillen tijdens de kookles.

 

Oog voor Lekkers stelt zelf ook heel wat gratis lesmateriaal ter beschikking om te gebruiken in de klas.

Tip 3: veranker het project in een breder gezondheidsbeleid

Om op lange termijn het voedingspatroon van kinderen te beïnvloeden, volstaat het niet om enkel tijdens het project (biologisch) fruit, groenten en/of melk te bedelen. Oog voor Lekkers moet dus zeker kaderen in het gezondheidsbeleid van de school, maar kan wel dienen als opstap. Het is m.a.w. van belang om gezondheidseducatie systematisch uit te bouwen in de klas en bijhorende afspraken te maken op schoolniveau (bv. in het schoolreglement). Om dat effectief te realiseren, kan de gezondheidsmatrix een handig hulpinstrument zijn.

 

Tip 4: herhaal het initiatief meerdere jaren na elkaar

Benut de kracht van herhaling en organiseer Oog voor Lekkers gedurende meerdere schooljaren na elkaar voor een optimaal rendement. Zo krijg je ook écht de kans om belangrijke drempels weg te werken waarmee leerlingen, ouders en de school in het begin eventueel geconfronteerd worden. Het ultieme doel is dat (biologisch) fruit, groenten en melk op school een dagelijkse en evidente gewoonte worden.

 

Enkele mogelijkheden om het project te doen slagen op lange termijn:

  • Maak van het proefmoment van fruit, groenten en melk altijd een gezellige, gezamenlijke en liefst ook educatieve activiteit. Geef niet op, want soms hebben kinderen tot 10 tot 15 proefpogingen nodig voordat ze iets nieuws lusten.
  • Ouders vinden fruit en groenten soms minder handig om mee te geven naar school, omdat het gekneusd wordt in de boekentas. Overweeg een actie met fruitdoosjes om de formule ‘Gezond in de Boekentas’ te promoten.
  • Plan het fruit-, groente- en/of melkmoment in de eerste helft van de week in (bv. op dinsdag of woensdag). Zo kunnen overschotten op andere dagen herverdeeld worden.

Aandachtspunt 1: investeer zelf in een vervolgtraject

Oog voor Lekkers wil voor scholen en leerkrachten vooral een duwtje in de rug betekenen om een gezond voedingsbeleid op poten te zetten op lange termijn. Loopt de subsidieperiode af? Dan moedigen we je aan om zelf een vast wekelijks moment te organiseren om de leerlingen te laten smullen van fruit, groenten en/of melk op school. Maak er een gezellig én educatief klasmoment van, met extra aandacht voor kwetsbare leerlingen. Misschien kunnen volgende suggesties inspiratie bieden?

 

Lanceer ‘Gezond in de Boekentas’ op school

Betrek de ouders en vraag hen om op één of meerdere dagen in de week fruit, groenten en/of melk mee te geven als tussendoortje. Stimuleer variatie zodat de leerlingen op school ook kunnen proeven van minder traditionele of zelfs onbekende producten. Je kan bijkomend afspreken om op die bewuste dag geen ongezonde tussendoortjes toe te laten zoals koekjes, chips of snoep.

Voorzie je in de klas of op de speelplaats bewust een moment om de meegebrachte tussendoortjes in groep te eten of te drinken, dan kan je er meteen ook een pedagogische activiteit aan koppelen. Gezond en leerrijk? Dubbelcheck.

Regel zelf een abonnement met een leverancier

Ga op zoek naar een leverancier die op een vaste dag in de week vers fruit, groenten en/of melk komt bezorgen op school. Zo kan je eventueel ook een portie voorzien voor de leerkrachten en niet enkel voor de leerlingen. Heb je iemand gevonden, dan kan dit modelcontract nuttig zijn om de overeenkomst op papier te zetten.

Uiteraard kan je zelf beslissen hoe de kosten verdeeld worden tussen de school, de ouders en eventueel het oudercomité. Soms kan je ook de gemeente aanspreken om mee te betalen.

 

Aandachtspunt 2: heb oog voor kwetsbare leerlingen

Om het vervolgtraject te doen slagen, kan je volgende acties overwegen.

 

Abonnement op school: vermijd een ouderbijdrage indien mogelijk

Zet de school de bedeling van fruit, groenten en/of melk na afloop van de subsidieperiode verder door een abonnement aan te gaan bij een leverancier? Probeer de financiering dan rond te krijgen zonder een bijdrage aan de ouders te vragen. Voor kwetsbare leerlingen is dit immers een hoge drempel en het streefdoel is toch steeds om iedereen te laten deelnemen.

Enkele mogelijkheden:

  • Schakel het oudercomité of de gemeente in voor de financiering van een volledige klas.
  • Vraag toch een ouderbijdrage en voorzie via de school of het oudercomité een speciaal fonds om bij te springen voor leerlingen die niet (kunnen) intekenen.
  • Neem contact op met organisaties die strijden tegen kansarmoede om de mogelijkheden te bespreken. 
  • Ga na of er terugbetalingsmogelijkheden bestaan via bv. onderwijscheques. 
  • Ga een samenwerking aan met gemeenten/steden, wijkcentra, supermarkten of lokale boeren om voedseloverschotten nuttig in te zetten.
  • Stimuleer ouders en/of CLB-medewerkers om een terugbetalingsaanvraag in te dienen bij de mutualiteit (indien voorhanden).
  • Doe een beroep op welzijnsschakels die gelinkt zijn aan een sociale kruidenier in je gemeente.

 

‘Gezond in de Boekentas’: anticipeer op situaties

Kiest de school voor het vervolgtraject ‘Gezond in de Boekentas’ waarbij er afspraken gemaakt worden met de ouders om op een specifieke dag fruit, groenten en/of melk mee te geven? Dan neem je best de nodige voorzorgen. Zo kunnen ook kwetsbare leerlingen, die niets bijhebben, genieten van een gezond tussendoortje.

 

Enkele mogelijkheden:

  • Voorzie zelf een mand met reservestukken fruit/groenten en/of extra melk.
  • Verzamel eerst alle meegebrachte producten om ze nadien te herverdelen onder de leerlingen.
  • Vraag aan de leverancier met wie de school samenwerkt om extra stukken of overschotten gratis te leveren. Zo kan de school zelf een kleine voorraad aanleggen.

 

Aandachtspunt 3: houd rekening met allergieën

 

Vraag bij de start van het project aan de ouders of het kind allergisch is voor bepaalde soorten fruit, groenten en/of melk. Zorg er wel voor dat ‘allergisch zijn’ niet verward wordt met ‘niet lusten’. Zo kan je in samenspraak met de leverancier(s) een alternatief voorzien zodat alle kinderen kunnen deelnemen aan de proefactiviteit.

  • Allergie voor fruit- en groenten: sommige fruitsoorten zoals appelen, kersen, aardbeien en perziken kunnen een allergische reactie veroorzaken. Die beperkt zich meestal tot jeuk in de mond, maar kan in zeldzame gevallen leiden tot een allergische shock. Bij groenten kan dat het geval zijn met bv. selder, tomaten en rauwe wortelen. Meer info vind je bij de astma- en allergiekoepel.
  • Lactose-intolerantie: sommige kinderen kunnen de lactose (melksuiker) in de melk niet goed verteren. Dit kan klachten veroorzaken zoals diarree, een opgeblazen buik, buikpijn en krampen.
  • Koemelkallergie: dit komt vaak voor bij baby’s, neemt af na het eerste levensjaar en treedt nog slechts zelden op na de leeftijd van 4 jaar. Koemelkallergie uit zich in de vorm van o.a. maag- en darmklachten (darmkrampen, diarree, overgeven), huidklachten (eczeem, jeuk, astma), luchtwegklachten (astma), groeiachterstand en in zeldzame gevallen een allergische shock. Een arts is het best geplaatst om vast te stellen of er effectief sprake is van een allergie.

 

Aandachtspunt 4: denk aan de afvalberg

 

Veel basisscholen nemen al deel aan het project Milieuzorg op school (MOS) en afvalpreventie maakt daar integraal deel van uit. Start je school met Oog voor Lekkers, dan zijn er verschillende manieren om verstandig om te gaan met afval:

  • Kies bij voorkeur voor grote melkverpakkingen i.p.v. individuele brikjes.
  • Voorzie herbruikbaar materiaal om te drinken (bv. bekertjes) en te eten (bv. bordjes, bestek, enz.).
  • Start met een composthoop op school om klokhuizen, schillen en restjes weg te gooien. Het schooltuintje zal er wel bij varen!
  • Misschien zijn er kippen op school of is er in de buurt een boer die het groente- en fruitafval aan zijn dieren kan geven?